De EU stelt nieuwe energie-efficiëntiedoelstellingen voor gebouwen tegen 2050
De Richtlijn energieprestatie van gebouwen (EPBD), die momenteel door de EU wordt goedgekeurd, betekent een grote verandering voor de vastgoedsector. Het doel is dat tegen 2050 alle Europese gebouwen emissievrij zijn, wat een grondige transformatie van de bestaande gebouwenvoorraad vereist. De uitdaging is groot, aangezien meer dan 80% van de gebouwen in Spanje een zeer lage energieklasse (E, F of G) heeft, vooral omdat ze vóór 1980 zijn gebouwd – toen er nog geen efficiëntienormen bestonden.
De richtlijn voorziet in een stapsgewijze planning:
-
Tegen 2030 moeten alle woningen minimaal energielabel E behalen.
-
Vanaf 2033 wordt label D de norm.
-
Vanaf 2040 moeten alle gebouwen in de categorieën A of B vallen.
-
Vanaf 2026 moeten nieuwe overheidsgebouwen emissievrij zijn, en vanaf 2028 geldt dit voor alle nieuwbouw.
Daarnaast worden vier belangrijke instrumenten ingevoerd:
-
Emissievrij gebouw: zelfvoorzienend in energie en gebaseerd op hernieuwbare bronnen, strenger dan het huidige concept van “bijna-energieneutraal gebouw”.
-
Global Warming Potential (GWP): berekening van de volledige CO₂-voetafdruk van een gebouw gedurende zijn hele levenscyclus, verplicht vanaf 2027 voor grote gebouwen en vanaf 2030 voor alle gebouwen.
-
Nationale renovatieplannen: elke lidstaat moet jaarlijkse maatregelen vastleggen om het doel van 2050 te halen.
De impact op de vastgoedmarkt zal aanzienlijk zijn. Energie-efficiëntie, tot nu toe een secundaire factor, zal bepalend worden bij vastgoedtransacties en de waarde van energiezuinige gebouwen verhogen. Experts waarschuwen echter dat de samenleving zich nog onvoldoende bewust is van de verplichtingen van eigendom: regelmatige renovaties, financiële investeringen en naleving van termijnen.
Spanje staat voor een grotere uitdaging dan andere EU-landen vanwege zijn verouderde gebouwenbestand, waarbij tot 85% van de gebouwen renovatie nodig heeft. Het proces zal ook ingewikkeld zijn in Verenigingen van Eigenaren, waar besluiten collectief moeten worden genomen. Beheerders voorzien vertragingen door een gebrek aan bewustzijn, een tekort aan renovatiebedrijven en het ontbreken van een duidelijke nationale planning.
De richtlijn bepaalt geen specifieke sancties en laat dit over aan de lidstaten. Ook worden er geen exacte financieringsbedragen genoemd, hoewel steun wordt verwacht via EU-herstel- en veerkrachtfondsen, regionale ontwikkelingsfondsen, het Sociaal Klimaatfonds, groene hypotheken en speciale leningen. Toch blijft er onzekerheid over de concrete financiering van de noodzakelijke werkzaamheden.
Kortom, de EPBD markeert een onvermijdelijke paradigmaverschuiving: Europese woningen moeten duurzaam worden en aansluiten bij de Green Deal, die tegen 2030 een vermindering van 55% van de broeikasgasemissies nastreeft. Ondanks weerstand wil Brussel het proces versnellen, omdat gebouwen verantwoordelijk zijn voor 40% van het energieverbruik en 36% van de uitstoot in de EU. De vraag blijft of landen zoals Spanje hun gebouwenvoorraad op tijd kunnen aanpassen.